betaalt uit
- Geluid: betaalt uit (hulp, bestand)
- IPA: / bəˈtalt ˈœyt / (3 lettergrepen)
- be·taalt uit
vervoeging van |
---|
uitbetalen |
betaalt (…) uit
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbetalen
- Jij betaalt uit.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbetalen
- Hij betaalt uit.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitbetalen
- Betaalt uit!
- Het woord betaalt uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.