bestuursverantwoordelijkheid

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bestuursverantwoordelijkheid    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• be·stuurs·ver·ant·woor·de·lijk·heid

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bestuur zn  en  verantwoordelijkheid zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bestuursverantwoordelijkheid	bestuursverantwoordelijkheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bestuursverantwoordelijkheid v

1. (politiek) de plichten en taken van een bestuurder

   ▸ Meyer zegt in de krant dat hij de laatste maanden veel met Marijnissen en partijleider Roemer heeft gesproken over de staat van de partij. Hij wil vasthouden aan de traditie van activisme, maar vindt ook dat de SP meer bestuursverantwoordelijkheid moet krijgen.

   ▸ De Wever heeft iets goed te maken. De vorige nationale verkiezingen won hij weliswaar in het stemhokje, maar de formatie erna verloor hij. Hij zit landelijk in de oppositie. Als hij in Antwerpen burgemeester wordt, kan hij laten zien dat hij bestuursverantwoordelijkheid aankan. Hij moet daarvoor wel de huidige burgemeester, de socialist Patrick Janssens, van de troon stoten. Volgens de peilingen gaat dat lukken.

Gangbaarheid

• Het woord bestuursverantwoordelijkheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.