bestaansrecht
- be·staans·recht
Naamwoord van handeling van bestaan en recht met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bestaansrecht | bestaansrechten |
verkleinwoord |
het bestaansrecht o
- de reden om te zijn, het recht om te bestaan
- Het bestaansrecht van de school verdween toen het aantal leerlingen te gering was geworden.
- Het woord bestaansrecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.