beschrijver
- Geluid: beschrijver (hulp, bestand)
- be·schrij·ver
- Naamwoord van handeling van beschrijven met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beschrijver | beschrijvers |
verkleinwoord | - | - |
- iets dat of iemand die beschrijft
- mannelijke vorm van beschrijfster
- Het woord beschrijver staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.