beroepsstructuur
- be·roeps·struc·tuur
- samenstelling van beroep en structuur met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beroepsstructuur | beroepsstructuren |
verkleinwoord | - | - |
de beroepsstructuur v
- (sociologie) (economie) structuur van de bevolking gecatologiseerd volgens de beroepen
- Het woord beroepsstructuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.