beider
- bei·der
beider
beider
- van elk van twee
- ▸ Chantal verwoordde hun beider gedachten.[1]
- [1] beiderzijds
- u beider belang
in het belang van u twee
- Het woord beider staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
beider
beider