WikiWoordenboek:Persoonlijk voornaamwoord
Een persoonlijk voornaamwoord vervangt een persoon of zaak binnen een zin.
Bijvoorbeeld:
- de man draagt een hoed.
- hij draagt een hoed.
Het woord hij is een persoonlijk voornaamwoord dat het woord man vervangt.
Persoonlijke voornaamwoorden kunnen -afhankelijk van de desbetreffende taal- onderscheiden worden naar een aantal categorieën.
Zo is het woord hij derde persoon enkelvoud nominatief m. In talen met buigingsuitgangen gedragen persoonlijke voornaamwoorden zich vergelijkbaar met zelfstandige naamwoorden, dit in tegenstelling tot bezittelijke voornaamwoorden die eerder met bijvoeglijke naamwoorden te vergelijken zijn.
In sommige talen onderscheidt men bovendien:
- formeel van informeel
- ik zie jou - ik zie u
- benadrukt van onbenadrukt
- jij hebt het gedaan - je hebt het gedáán.
In sommige talen kunnen benadrukte en onbenadrukte vormen samen voorkomen:
- Frans: tu est malade, toi? - «lett. ben je ziek, jij?»
- Xhosa: uyahamba wena? «lett. ben je aan het lopen, jij?»
Vormen
bewerkenStandaardnederlands
Nom | Acc | Dat | ||
ev. | 1e pers. | ik | mij | mij |
2e pers. | jij/je u (*) | jou/je u | jou/je u | |
3e pers. | hij (m) zij (v) het (o) | hem haar het | hem haar | |
mv. | 1e pers. | wij/we | ons | ons |
2e pers. | jullie u (*) | jullie u | jullie u | |
3e pers. | zij | hen | hen/hun |
* beleefdheidsvorm