beddenhuis
- Geluid: beddenhuis (hulp, bestand)
- bed·den·huis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beddenhuis | beddenhuizen |
verkleinwoord |
het beddenhuis o
- (medisch) deel van een ziekenhuis waar patiënten verblijven; deel van ziekenhuis met de verpleegafdelingen
- ▸ "Voor alle inwoners in ons verzorgingsgebied is het medisch noodzakelijk dat 24/7 Spoed Eisende Hulp (SEH), een beddenhuis, volwaardige OK-faciliteiten en acute klinische verloskundige zorg worden gegarandeerd in Lelystad."[1]
- ▸ Het beddenhuis werd ontruimd; 339 patiënten moesten naar andere ziekenhuizen worden gebracht. Daarvan komen er vanaf morgen vijftig terug naar het VUmc. Andere patiënten willen liever niet opnieuw worden vervoerd en blijven in het ziekenhuis waar ze nu liggen. Een deel is hersteld en mocht naar huis.[2]
- Het woord beddenhuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Rinke van den Brink en Roselien Herderschee“Personeel MC IJsselmeerziekenhuizen tegen plannen voor basisziekenhuis” (Woensdag 21 november 2018, 18:54), NOS
- ↑ Weblink bron “Weer operaties in VUmc Amsterdam na lekkage” (Dinsdag 22 september 2015, 06:00), NOS