• (IPA in voorbereiding)
  • bau·no
enkelvoud meervoud
naamwoord bauno bauno's
verkleinwoord

bauno

  1. (bloemplanten) Mangifera caesia   een weinig bekende verwant van de mango (Mangifera indica  ). Het is een tot 40 m hoge, groenblijvende boom. De bladeren zijn afwisselend geplaatst, elliptisch of lancetvormig, 10–30 cm lang en tot 8 cm breed. De bladeren staan vaak dicht opeen aan het einde van de twijgen. De bloemen groeien in eindstandige trossen. De bloemen zijn lichtviolet van kleur en verspreiden een zoete geur