bankierszoon
- ban·kiers·zoon
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bankierszoon | bankierszoons bankierszonen |
verkleinwoord |
de bankierszoon m
- mannelijk persoon wiens vader bankier was als beroep
- ▸ De Rotterdamse bankierszoon werd als student lid van de VVD en realiseerde al op zijn 28e zijn droom: burgemeester worden. Hij was burgemeester van een reeks plaatsen, als laatste, van 1999 tot 2008,van zijn eigen stad, Rotterdam.[1]
- ▸ Op het eerste gezicht is Nick Clegg het klassieke voorbeeld van een Britse politicus die gevormd is door de elite. Als rijke bankierszoon ging hij naar Westminster School, een prestigieuze privé-opleiding. Daarna volgde universitaire opleidingen aan Cambridge, Minnesota en Brugge. Maar daar houdt het cliché ook wel op.[2]
- Het woord bankierszoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Opstelten straks vijfde informateur” (Dinsdag 3 augustus 2010, 18:06), NOS
- ↑ Weblink bron “Nick Clegg, Brits politicus met Nederlands bloed” (Woensdag 14 april 2010, 10:43), NOS