bandenindustrie
- ban·den·in·dus·trie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bandenindustrie | bandenindustrieën |
verkleinwoord |
de bandenindustrie v
- de fabrieken waarin (auto)banden worden gemaakt
- ▸ Recycling Netwerk spreekt van poldercriminaliteit. "De bandenindustrie is blij dat ze versnipperde oude banden kan uitstorten op sportvelden en er nog geld voor krijgt ook", zegt voorzitter Van Duin in Trouw. "Maar de risico's van de zinkverontreiniging zijn te groot. Het is gewoon nog altijd afval en daarom moeten overheden het ook als afval behandelen."[1]
- ▸ "Te bizar voor woorden, een kansloze aangifte", reageert de bandenindustrie op de recente actie van milieuorganisaties tegen rubberkorrels op sportvelden. Vanochtend werd bekend dat er aangifte is gedaan omdat de korrels zware metalen, zoals zink, in het milieu zouden lekken.[2]
- Het woord bandenindustrie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Aangifte om rubberkorrels op sportvelden” (Donderdag 21 september 2017, 04:23), NOS
- ↑ Weblink bron “'Zoveelste hetze tegen kunstgraskorrels'” (Donderdag 21 september 2017, 13:00), NOS