bakproces
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bak·pro·ces
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bakproces | bakprocessen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het bakproces o
- de gang van zaken bij het bakken van voedingswaren
- ▸ "Ik bak ze volgens mijn moeders recept, dat ik graag met jullie deel. Zodat je ze ook zelf thuis kunt bakken!" Máxima heeft een reeks foto's van het bakproces en eindresultaat op Facebook en Instagram gezet:[2]
- ▸ Volgens de inkoopmanager hebben al die maatregelen de verspilling teruggedrongen van 100 naar zeker 30 procent: "Ook hier - tijdens het bakproces en verpakken - zijn we bezig de verspilling te verlagen. We zijn er nu constant mee bezig. Of het nog een hoofdpijndossier is? Nou, wel minder."[3]
- de gang van zaken bij het bakken van stenen en tegels
Gangbaarheid
- Het woord bakproces staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Jarige Máxima trakteert Nederland op recept van haar lievelingskoekjes” (Zondag 17 mei 2020, 15:52), NOS
- ↑ Weblink bron “Iets minder voedsel weggegooid in coronacrisis” (Dinsdag 7 september 2021, 07:21), NOS