Een bord babi pangang met wat groente.
  • ba·bi pan·gang
enkelvoud meervoud
naamwoord babi pangang babi pangangs
verkleinwoord - -

de babi pangangm

  1. (kookkunst) Chinees gerecht met krokant geroosterd varkensvlees, vaak geserveerd met rijst en zoetzure saus
     Omdat iedereen wel eens Chinees eet, belandde ik onlangs al wachtend op mijn babi pangang in de leesmap.[3]
  1. babi pangang op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron Christendom en speenvarkens. in: De Locomotief, jrg. 52 nr. 195 (22 augustus 1903), De Groot, Kolff & Co, Samarang, p. 2 kol. 3
  3.   Weblink bron
    Hendrik Meijnders
    “Journalistiek op z'n eenvoudigst” (19 mei 2011) op nu.nl