• baat·be·las·ting
enkelvoud meervoud
naamwoord baatbelasting baatbelastingen
verkleinwoord - -

de baatbelastingv [1]

  1. belasting die door een gemeente wordt geheven van de eigenaar, bezitter of beperkt gerechtigde van een onroerende zaak, indien een in een bepaald gedeelte van de gemeente gelegen onroerende zaak, is gebaat door voorzieningen die tot stand worden of zijn gebracht door of met medewerking van het gemeentebestuur