bánh

Vietnamees

Uitspraak

• IPA: (Hanoi) /ɓɐːʲŋ₃₅/

Zelfstandig naamwoord

bánh

1. wiel: ronddraaiende schijf voor voortbeweging met minimale weestand

   xe bốn bánh – vierwieler

   bánh xe trước – voorwiel

   Không ai có thể quay ngược bánh xe lịch sử. – Niemand kan het wiel der geschiedenis omkeren.

2. gebak, banket: vet, zoet en/of zout gebakken voedsel op basis van deeg

   Hôm nay ăn bánh thay cơm. – Vandaag eten we gebak in plaats van rijst.

   nhân bánh – vulling van een cake

3. stuk, blok, pak

   bánh xà phòng – een stuk zeep

   bánh pháo – een pak voetzoekers

Synoniemen

1. bánh xe

Verwante begrippen

2. bánh mì