avondles

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  avondles    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• avond·les

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  avond  en  les 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	avondles	avondlessen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de avondles v / m

1. onderwijs in de avonduren

   • We zijn in de laatste week van de Ramadan en dat is goed te zien aan het grote aantal lege stoelen in het lokaal voor de avondles. Bleven die een paar jaar geleden nog leeg omdat de moslimmannen zeiden dat ze 's avonds moesten eten, nu de Ramadan in de winter valt en het dus vroeg donker is, luidt het excuus: “we moeten na het eten direct naar de moskee, juf. Punten verzamelen.” Zolang het alleen om punten gaat, kan ik daar moeilijk bezwaar tegen hebben. Hoe hoger de score, des te groter immers hun kans op de hemel. En wie zou er niet een gegarandeerd toegangsbewijs tot het hiernamaals willen verwerven? 

Synoniemen

• avondonderwijs

Gangbaarheid

• Het woord avondles staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "avondles" herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.