• au·to·ty·pe
enkelvoud meervoud
naamwoord autotype autotypen
autotypes
verkleinwoord

het autotypeo

  1. bepaald model auto dat door één autofabrikant wordt gemaakt
     De dieven snijden de benzineleidingen door van personenauto's en laten dan de brandstof uit de tank lopen. Daarbij lijken de daders een voorkeur te hebben voor het autotype Suzuki Alto. Deze auto heeft een vulslang die van buitenaf goed is te bereiken.[1]
     Het is niet bekend waarom de kandidaten voor deze namen hebben gekozen. Amerikaanse media speculeren dat Romney Javelin (speer) koos, omdat het een autotype is dat door de fabriek van zijn vader werd gemaakt.[2]
  2. personenwagen die voor een bepaald doel is gemaakt
  1.   Weblink bron “Benzinedieven actief in Noord-Holland” (Zondag 6 maart 2011, 15:58), NOS
  2.   Weblink bron “Romney wordt 'Javelin'” (Dinsdag 20 maart 2012, 11:14), NOS