autogiro
- au·to·gi·ro
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | autogiro | autogiro's |
verkleinwoord | autogirootje | autogirootjes |
de autogiro m
- Het woord 'autogiro' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.