Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • au·to·dea·ler
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord autodealer autodealers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de autodealerm

  1. een bedrijf of persoon die auto's van één bepaald merk in één bepaalde regio verkoopt
    • De deskundige autoverkoper werkt bij een autodealer die Volvo's in Amsterdam verkoopt. 

Gangbaarheid