Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • au·to·be·leid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord autobeleid
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het autobeleido

  1. (verkeer) plan van aanpak rond het gebruik van auto's
     "Bij AZ wilde ik het autobeleid veranderen. Zie dat maar eens te doen bij voetballers. Toen heb ik gezegd: nieuwe spelers vallen onder het nieuwe autobeleid. Dan saneer je dat langzaam in twee jaar eruit en de nieuwe spelers weten niet beter."[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “PSV-directeur Gerbrands vindt zichzelf niet geschikt voor KNVB” (Dinsdag 4 oktober 2016, 06:16), NOS