armworstelen
- arm·wor·ste·len
- samenstelling van arm zn en worstelen ww
armworstelen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
armworstelen |
||
onvolledig |
- (sport) uitoefenen van de krachtsport waarbij men probeert de arm van de tegenstander naar beneden te drukken
- ▸ Imke was een sterke vrouw, ze zou menig man kunnen verslaan met armworstelen. Zo was ik vroeger ook, dacht ze met verwondering.[1]
- (figuurlijk) het uitvechten van een ruzie
- ▸ De Russen – ook niet vies van een wedstrijdje armworstelen – sloegen meteen terug en kondigden op hun beurt aan meer olie te gaan verkopen, waarna de olieprijzen in een paar uur tijd van 50 dollar naar 30 dollar per vat kelderden.[2]
- Het woord armworstelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Carla de Jong“Geheim leven” (2019), Ambo Anthos, ISBN 9789026346132
- ↑ Weblink bron Peet Vogels“Automobilist lacht het laatst: olieprijs keldert dankzij kibbelende producenten” (10-03-2020), Tubantia