Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ar·men·wet
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord armenwet armenwetten
verkleinwoord armenwetje armenwetjes

Zelfstandig naamwoord

de armenwetv / m

  1. De laatste armenwet van Nederland stamt uit 1912
    • Op basis van de armenwet kregen hulpbehoevenden die niet tot een kerkelijke gezindte behoorden in geval van 'volstrekte onvermijdelijkheid' recht op bedeling door een overheidsorgaan. 

Gangbaarheid

88 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen