antikapitalistisch


  • an·ti·ka·pi·ta·lis·tisch
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen antikapitalistisch antikapitalistischer
verbogen antikapitalistische antikapitalistischere
partitief antikapitalistisch antikapitalistischers -

antikapitalistisch

  1. van iets of iemand dat hij of zij tegen het economische systeem van de vrije markt is
     Ze voerden midden in het koopcentrum een in hoge mate geïmproviseerd, maar in elk geval qua opzet duidelijk antikapitalistisch toneelstuk op.[1]


  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Zij die dromen doden slapen nooit” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044640496