Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·ti·fe·mi·nis·tisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen antifeministisch antifeministischer
verbogen antifeministische antifeministischere
partitief antifeministisch antifeministischers -

Bijvoeglijk naamwoord

antifeministisch

  1. de bevrijding van de vrouw belemmerend
     Hakken vind ze zelfs antifeministisch. „Met hakken zien we eruit als vogels op stelten”, vertelt ze in het Britse tijdschrift Town & Country.[1]
     O ja, dan nog iets. Anne Kuik vroeg zich bij Buitenhof ook af of sekswerk een normaal beroep is. Arrogant, denigrerend en antifeministisch. Irrelevant bovendien. Het is simpelweg niet aan politici of wie dan ook om dat voor individuen te beslissen. Zolang sekswerk een legaal beroep is, kunnen we alleen streven naar een betere sociale positie voor sekswerkers.[2]


Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Eva Green vindt hakken antifeministisch” (15 mei 2020), De Telegraaf
  2.   Weblink bron
    Yannick Bleeker
    “'Op lokaal niveau gloort hoop voor sekswerkers'” (28 april 2019,), Het Parool