anticonvulsivum
- an·ti·con·vul·si·vum
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | anticonvulsivum | anticonvulsiva |
verkleinwoord | - | - |
anticonvulsivum
- (medisch) middel tegen stuipen, toevallen (bij epilepsie)
1. middel tegen stuipen, toevallen (bij epilepsie)
- Het woord 'anticonvulsivum' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.