angstgedachte
- angst·ge·dach·te
- samenstelling van angst en gedachte
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | angstgedachte | angstgedachtes |
verkleinwoord | angstgedachtetje | angstgedachtetjes |
de angstgedachte v
- een denkbeeld waar je bang van wordt
- De bezorgde moeder had altijd angstgedachtes over wat haar kinderen zou kunnen overkomen.
- Iemand met een angststoornis heeft vaak angstgedachtes
- Het woord 'angstgedachte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.