alegre

  1. vrolijk


  enkelvoud meervoud
  mannelijk     alegre     alegres  
  vrouwelijk     alegre     alegres  

alegre

  1. vrolijk


  • IPA: /aˈle.ɰɾe/
  enkelvoud meervoud
mannelijk alegre alegres
vrouwelijk alegre alegres


  • a·le·gre

alegre

  1. vrolijk, gelukkig
vervoeging van
alegrar

alegre

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van alegrar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van alegrar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van alegrar