afschillen
- Geluid: afschillen (hulp, bestand)
- af·schil·len
- samenstelling van af bw en schillen ww
afschillen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afschillen |
schilde af |
afgeschild |
zwak -d | volledig |
- het verwijderen van de schil van een vrucht of groente
- Het woord afschillen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.