Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·le·zen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aflezen
las af
afgelezen
klasse 5 volledig

Werkwoord

aflezen

  1. de meetwaarde bepalen door te kijken naar een meetapparaat

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be