achterachterkleinzoon

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  achterachterkleinzoon    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ach·ter·ach·ter·klein·zoon

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  achter vz,   achter vz  en  kleinzoon zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	achterachterkleinzoon	achterachterkleinzonen
verkleinwoord	achterachterkleinzoontje	achterachterkleinzoontjes

Zelfstandig naamwoord

de achterachterkleinzoon m

1. (familie) de zoon van iemands achterkleinkind; de kleinzoon van iemands kleinkind

   ▸ Bij het horen van de waarde, moest Löwenstams achterachterkleinzoon een paar keer blazen. Hij zegt dat het werk nooit wordt verkocht. Het schilderij was volgens hem een huwelijksgeschenk voor zijn betovergrootvader en diens vrouw in 1883. De vrouw van Löwenstam was waarschijnlijk de gouvernante van Alma-Tadema's kinderen.

   ▸ De achterachterkleinzoon van de allereerste gedocumenteerde seriemoordenaar van de Verenigde Staten, Henry Howard Holmes, is ervan overtuigd dat zijn betovergrootvader en Jack the Ripper één en dezelfde persoon waren. En dat de politie hem op het spoor was en veel eerder had kunnen stoppen.

Gangbaarheid

• Het woord 'achterachterkleinzoon' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.