accentuering
- Geluid: accentuering (hulp, bestand)
- IPA: / ˌɑksɛntyˈwerɪŋ / (5 lettergrepen)
- ac·cen·tu·e·ring
- naamwoord van handeling van accentueren ww met het achtervoegsel -ing [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | accentuering | accentueringen |
verkleinwoord | - | - |
de accentuering v
- presentatie op zo'n manier dat het als onderdeel extra opvalt
- ▸ Het brute en het uitgesproken masculiene heeft sinds #MeToo toch al een slechte pers en accentuering van typisch mannelijke eigenschappen als beharing is daarom niet en vogue. Zie de slordige stoppelbaard van Harvey Weinstein, die nu vooral afgrijzen wekt.[2]
- Het woord accentuering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Warna Oosterbaan“Er moet een idee zitten achter lichaamshaar” (30 november 2018) op nrc.nl