• aard·gas·pro·duc·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord aardgasproductie
verkleinwoord

de aardgasproductiev

  1. de winning van aardgas uit de bodem door boringen
     Daarnaast is de aardgasproductie uit het veld Groningen als gevolg van de aardbevingsrisico in drie jaar gehalveerd, van een piek van 53,9 miljard m3 naar 27 miljard m3 dit jaar. Het gevolg is dat de staat volgend jaar 11 miljard euro minder binnenhaalt dan in het topjaar 2013.[1]
     Er wordt niet alleen gas gewonnen in het Groningenveld, maar ook in kleine velden verspreid over het land en onder de Waddenzee en de Noordzee. Vanaf 1965 tot aan 2016 heeft de aardgasproductie in Nederland de schatkist in totaal 281 miljard euro opgeleverd. De inkomsten uit gaswinning worden tot 2020 geraamd op zo'n 2 miljard euro per jaar.[2]
  2. het maken van kunstmatig methaan o.a. door power-to-gasprocessen (P2G)
  1.   Weblink bron “Een schuld van 26.000 euro en een tekort van 191 euro per Nederlander” (20 september 2016, 17:20), NOS
  2.   Weblink bron
    Reinalda Start
    “De strijd om het laatste Groningse gas” (15 november 2017, 07:48), NOS