aansnoeren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aansnoeren (hulp, bestand)
- IPA: / ˈansnurə(n) / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·snoe·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan vz en snoeren ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aansnoeren |
snoerde aan |
aangesnoerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
aansnoeren
- overgankelijk vaster snoeren
- Het korset kan aangesnoerd worden met een vetersluiting.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'aansnoeren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.