aanslagregelaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·slag·re·ge·laar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aanslag zn en regelaar zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanslagregelaar | aanslagregelaars |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de aanslagregelaar m
- (beroep) functie bij de belastingdienst
- ▸ Het beroep aanslagregelaar is een variant van het beroep commies belastingdienst en is onderdeel van de beroepsfamilie medewerkers belastingen en accijnzen[1]
Gangbaarheid
- Het woord aanslagregelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “aanslagregelaar” (2004), Nationale beroepengids