• aan·lan·dings·punt
enkelvoud meervoud
naamwoord aanlandingspunt aanlandingspunten
verkleinwoord

het aanlandingspunto

  1. plaats waar iets vanuit het water (weer) aan land komt
     De NEL-leiding (440 km) zal via Hamburg en Schwerin het aanlandingspunt van de Nord Stream in Lubmin in de buurt van Greifswald (Mecklenburg-Vorpommern) verbinden met Rehden in Nedersaksen.[1]


  1.   Weblink bron
    wdp
    “Fluxys koopt 19% van Duitse gasleiding” (01/09/2011), De Standaard