aanhankelijkheidsbetuiging

  • aan·han·ke·lijk·heids·be·tui·ging
enkelvoud meervoud
naamwoord aanhankelijkheidsbetuiging aanhankelijkheidsbetuigingen
verkleinwoord

de aanhankelijkheidsbetuigingv

  1. verklaring dat men iemand trouw wil dienen
     Niettemin schudde Troelstra’s oproep wel allerlei antisocialistische krachten wakker. Op 18 november 1918 werd het Haagse Malieveld zodoende het toneel van een massale aanhankelijkheidsbetuiging aan het adres van koningin Wilhelmina.[1]
     Ook in Latakia, aan de kust, en Homs, in het midden van het land, zouden doden en gewonden zijn gevallen toen ordetroepen op betogers schoten. Verdere protestdemonstraties werden onder meer gemeld in Douma, bij Damascus, Raqqa en Zabadani. In Aleppo kwamen juist honderden mensen uit de moskee met aanhankelijkheidsbetuigingen aan president Assad. "Met onze levens, onze zielen offeren wij ons op voor u, Bashar" en "Alleen Allah, Syrië en Bashar!" riepen zij.[2]


  1.   Weblink bron “Revolutie, zo doe je dat!” (10/07/2009), HP de Tijd
  2.   Weblink bron
    kld
    “Leger Syrië schiet weer op betogers” (25/03/2011), De Standaard