aangiftepartner
- aan·gif·te·part·ner
- samenstelling van aangifte zn en partner zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aangiftepartner | aangiftepartners |
verkleinwoord |
de aangiftepartner m
- (economie) persoon waarmee men samen de aangifte doet voor de inkomstenbelasting
- ▸ Termen als 'aangiftepartner', 'ouderdomsvoorziening' en 'langstlevende testament' komen voorbij.[1]
- Het woord 'aangiftepartner' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ “Onder buren” (2021), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026356186