Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Wald·brand
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Duitse zelfstandige naamwoorden Wald en Brand
enkelvoud meervoud
nominatief der Waldbrand die Waldbrände
genitief des Waldbrandes
des Waldbrands
der Waldbrände
datief dem Waldbrand den Waldbränden
accusatief den Waldbrand die Waldbrände

Zelfstandig naamwoord

Waldbrand, m

  1. bosbrand
    «Die Feuerwehr hat den Waldbrand, der bereits seit dem 17. August im amerikanischen Nationalpark Yosemite wütete, endlich vollständig bezwungen.»
    De brandweer heeft de bosbrand die al sinds 17 augustus woedde in het Amerikaanse nationaal park Yosemite eindelijk helemaal bedwongen.
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • Wald- und Buschbrand