Schmok
Rook

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Schmok
enkelvoud
(onbepaald)
enkelvoud
(bepaald)
meervoud
(onbepaald)
meervoud
(bepaald)
nominatief en Schmok der Schmok - - - - - -
datief me Schmok em Schmok - - - - - -
accusatief en Schmok der Schmok - - - - - -

Zelfstandig naamwoord

Schmok, m, geen meervoud

  1. rook
Schrijfwijzen
Schrijfwijzen
Spreekwoorden
  • Wu Schmok iss, iss aa Feier.
Waar rook is, is vuur.
Opmerkingen