Luilak
Niet te verwarren met: luilak |
- Lui·lak
- samenstelling van lui en lak [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Luilak | - |
verkleinwoord | - | - |
het Luilak o
- een folkloristische viering op de zaterdag voor Pinksteren
- Afgelopen Luilak werd ik weer bruut uit mijn slaap gehouden.
- Het woord 'Luilak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.