Lekkerkerkerkerkerker
- Geluid: Lekkerkerkerkerkerker (hulp, bestand)
- IPA: /ˈlɛkərkɛrəkərˌkɛrəkɛrkər/
- Lek·ker·ker·ker·kerk·er·ker
- samenstelling van Lekkerkerk en en kerkerker zn met het invoegsel -er- , geschreven met een hoofdletter volgens spellingregel 16.F
- (Als de kerkerker een speciale bouwkundige constructie was die voor het eerst in Lekkerkerk werd toegepast en daarna wegens groot succes op vele andere plaatsen toegepassing vond, zou het woord ook met een kleine letter geschreven bestaansrecht hebben. Dit is echter niet het geval, er is misschien wel een kerk in Lekkerkerk maar het is zelfs twijfelachtig of daarin überhaupt een erker voorkomt)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Lekkerkerkerkerkerker | Lekkerkerkerkerkerkers |
verkleinwoord | - | - |
de Lekkerkerkerkerkerker m
- erker van een kerk in Lekkerkerk
- Lekkerkerkerkerkerker was heel geschikt, leek me. [1]
- de kerk in Lekkerkerk had twee schitterende Lekkerkerkerkerkerkers
- Dit wat kunstmatig gevormde woord is taalkundig interessant omdat hierin de reeks van drie letters (trigram) "ker" zes keer achter elkaar voorkomt. Zoals uit de afbreking van het woord blijkt komt de lettergreep "ker" maar drie keer achter elkaar voor. In de woorden soldatententententoonstelling en hottentottententententoonstelling komt de lettergreep "ten" vier keer achtereen voor.
- Het woord 'Lekkerkerkerkerkerker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Braak, M. ter"brief aan J. Greshof, 3 maart 1937" op website: mennoterbraak.nl; geraadpleegd 2016-03-29