• Ha·ren·se
  • Afgeleid van Haren met het achtervoegsel -se
enkelvoud meervoud
naamwoord Harense Harensen
verkleinwoord

de Harensev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Haren, of een vrouw afkomstig uit Haren

Harense

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Harens