• Bern·stein·fang
enkelvoud meervoud
nominatief der Bernsteinfang -
genitief des Bernsteinfanges
des Bernsteinfangs
-
datief dem Bernsteinfang
Bernsteinfange
-
accusatief den Bernsteinfang -

Bernsteinfang [1], m (meervoud ongebruikelijk)

  1. het opvissen van barnsteen uit de zee
    «Auch heute noch sieht man an der Küste des Samlandes zuweilen Männer, die sich in Taucheranzügen auf Bernsteinfang begeben.»
    Ook tegenwoordig zijn op de kust van Samland soms mannen te zien die in duikpakken gaan op barnsteen vissen.
  1. letterlijk: barnsteenvangst