5 eurobiljet
- 5 eu·ro·bil·jet
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | 5 eurobiljet | 5 eurobiljetten |
verkleinwoord | 5 eurobiljetje | 5 eurobiljetjes |
het 5 eurobiljet o
- (numismatiek) een bankbiljet ter waarde van 5 euro
- Hij vond een 5 eurobiljet op de grond.
- Het woord 5 eurobiljet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.