169-jarig
- 169-ja·rig
stellend | |
---|---|
onverbogen | 169-jarig |
verbogen | 169-jarige |
partitief | 169-jarigs |
169-jarig
- 169 jaren durend
- Gedurende dit 169-jarig tijdperk bleven de nazaten van de oprichter het bedrijf leiden.
- met de leeftijd van 169 jaar
- Het 169-jarig schildpadmannetje eet graag wortels.
- Het woord '169-jarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.