154-jarig
- 154-ja·rig
stellend | |
---|---|
onverbogen | 154-jarig |
verbogen | 154-jarige |
partitief | 154-jarigs |
154-jarig
- 154 jaren durend
- Gedurende dit 154-jarig tijdperk bleven de nazaten van de oprichter het bedrijf leiden.
- met de leeftijd van 154 jaar
- Het 154-jarig schildpadmannetje eet graag wortels.
- Het woord '154-jarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.