ἀντωνυμία

Oudgrieks

Zelfstandig naamwoord

ἀντωνυμία v

1. (grammatica) voornaamwoord (in de Alexandrijnse traditie; eigenlijk alleen de aanwijzende voornaamwoorden)

   «Τοῦ δὲ λόγου ἐστὶν ὀκτώ· ὄνομα, ῥῆμα, μετοχή, ἄρθρον, ἀντωνυμία, πρόθεσις, ἐπίρρημα, σύνδεσμος»

   Er zijn acht woordsoorten: naamwoord, werkwoord, deelwoord, lidwoord, voornaamwoord, voorzetsel, bijwoord en voegwoord

Verbuiging

	enkelvoud	tweevoud	meervoud
nom. / voc.	ἀντωνυμία	ἀντωνυμία	ἀντωνυμίαι
accusatief	ἀντωνυμίαν		ἀντωνυμίας
genitief	ἀντωνυμίας	ἀντωνυμίαιν	ἀντωνυμιῶν
datief	ἀντωνυμίᾳ		ἀντωνυμίαις