zwarttanker
- Geluid: zwarttanker (hulp, bestand)
- zwart·tan·ker
- samenstelling van zwart bn en tanker zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwarttanker | zwarttankers |
verkleinwoord |
de zwarttanker m
- iemand die de zakelijke tankpas van zijn werkgever gebruikt om de eigen privéauto van brandstof te voorzien
- ▸ Een autoverkoper die zijn zakelijke tankpas gebruikte om zijn privé-auto's vol te gooien heeft dat met ontslag moeten bekopen. Zijn werkgever bestempelde de tankpartijen als diefstal, en in hoger beroep wist de zwarttanker die beschuldiging niet te weerleggen.[1]
- iemand die brandstof tankt zonder te betalen
- Het woord zwarttanker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron JAN BRAAKSMA“'Gebruik zakelijke tankpas voor eigen auto is diefstal'” (07 jul. 2014), De Telegraaf