zuilenhal
  • zui·len·hal
enkelvoud meervoud
naamwoord zuilenhal zuilenhallen
verkleinwoord

de zuilenhalv

  1. een overdekte ruimte waarbij het dak door zuilen wordt gedragen
    • Daarom koos hij er voor om Epicurus’ en zijn eigen inzichten in de muur van een stoa, een monumentale zuilenhal, te laten uithakken. “De muur moet ruim drie meter hoog en zestig tot tachtig meter lang zijn geweest en de teksten bevatten twintig- tot dertigduizend woorden”, zegt Hammerstaedt. [1] 
    • Zelf rest Greco voorlopig alleen nostalgie over wat verdwenen is: de muurschilderingen over de hadj, de bont geschilderde huizen in Gurna, het dorp in de dodenstad, statige woonhuizen met houten balkons, theehuis Moonhouse, waar hij zijn thee dronk, de boekwinkel van meneer Francis, waar vele buitenlandse egyptologen hun boeken kochten en vier van de veertien negentig jaar oude palmen die de zuilenhal van de Luxortempel symboliseerden, omdat het Chicago House een deel van zijn voortuin heeft moeten opgeven. En natuurlijk de minaret. “Onze directeur had het voor elkaar dat hij toch behouden zou blijven, maar door de omringende sloopwerkzaamheden is hij ingestort.” [2] 
91 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[3]
  1. NRC Theo Toebosch 28 november 2009 Een verlaten dorp vol wijsheid
  2. NRC Theo Toebosch 14 januari 2012 Farao's regeren Egypte nog altijd
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be