zorgbudget
- Geluid: zorgbudget (hulp, bestand)
- zorg·bud·get
- samenstelling van zorg en budget
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zorgbudget | zorgbudgets zorgbudgetten |
verkleinwoord | zorgbudgetje | zorgbudgetjes |
het zorgbudget o
- het budget om de zorg mee te kunnen betalen.
- Het zorgbudget lag te laag.
- Het woord zorgbudget staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.